Zeeschildpadden en Orang-Oetans
Hoi allemaal!
n
Om meteen maar met de deur in huis te vallen: onze mooie kleine laptop is gecrashed. Waarschijnlijk het moederbord kapot. Vandaar dat we even niks konden plaatsen op de blog. We brengen hem, als we weer thuis zijn, naar de computer repair man en hopen dat alle data (alle foto’s van ons) nog gewoon op de harde schijf staat…
n
Okay, zo dat weten jullie dan ook meteen 😉 We zitten nu in het hotel in Kota Kinabalu. Hetzelfde hotel als een aantal dagen geleden alleen op een andere kamer. Gelukkig hebben ze hier computers met internet staan voor de gasten.
n
4 september
n
Leonie had al verteld dat we de Kinabatangang op waren geweest en gingen slapen in een hotel in Sandakan. De morgen daarna mochten we een klein beetje uitslapen. We moesten namelijk pas om 9 uur in de lobby van het hotel staan met een rugzak met kleding voor 1 nacht en 1 dag. We gingen namelijk een dag naar Turtle Island. Ten noorden van Borneo tegen de Fillipeinse grens aan. Toen Kurt ons op kwam halen, reden we met z’n allen in de buys naar de haven. Daar stond de speedboot al klaar. Samen met een aantal andere mensen vlogen we met een bloedgang over de Chinese zee naar het eiland. Het was heerlijk. Nog vroeg op de dag, dus nog niet zo warm, en een heerlijke wind. Daar aangekomen bleek dat er geen haven oid was. We vaarden gewoon het strand op en stapten vanuit de voorkaqnt van de boot het strand op. We zagen direct dat dit geen gewoon strand was. Er lag namelijk geen zand maar verpulverd koraal. Met prachtige stukken koraal er nog tussen. Aan het einde van het strand stond het hoofdgebouw van een lodge. Dit was de receptie annex restaurant annex expositieruimte annex winkel annex bioscoop. De kamers van deze lodge zaten in kleine huisjes rondom. Verschillende kamers per huisje. Kurt bracht ons de sleutels en we brachten onze bagage naar de lodge. We hadden gehoord dat de kamers nogal basic waren maar dat viel heel erg mee. Gewoon ventilator en airco met een eigen badkamer en drie bedden. Gewoon luxe dus. Na even gerust te hebben gingen we naar het restaurant voor de lunch. Was natuurlijk weer prima. En na de lunch hadden we gewoon heerlijk het grootste deel van de middag vrij! We hebben onze zwemkleren aangedaan en zijn lekker gaan zwemmen in de oceaan. Het water was enorm zout. Leonie bleef er gewoon in drijven! En zo helder! Er zwommen allemaal vissen rondom ons en we zagen mooie stukken koraal voor de kust.
n
Om drie uur moesten we weer in het hoofdgebouw zijn. Hier kregen we wat meer informatie over de schildpadden, het eiland en het project. Daarna volgde een prachtige documentaire in de bioscoop. Toen we de film hadden bekeken waren ze al klaar met de voorbereidingen voor het avondeten en konden we direct aanschuiven. We zagen dat het buiten steeds donkerder begon te worden en langzaamaan begon het wat te regenen. Aan het einde van de maaltijd riep een van de gasten ineens dat er buiten kleine schildpadjes rondliepen. We gingen meteen kijken en warempel! Bij de ingang van het hoofdgebouw liepen tientallen schildpadjes rond. Helemaal de weg kwijt. Al schildpadjes uit hun ei zijn gekropen en voor het eerst boven de grond komen kruipen ze instinctief direct naar het licht. Normaal gesproken is dat de maan of zijn het de sterren, maar nu had het restaurant het meeste licht. Nadat een aantal gasten ALLE regels hadden gebroken (niet aanraken, niet flitsen, niet schreeuwen etc) werden de schildpadjes door een ranger in een doos gelegd om ze later die nacht weer uit te zetten op een ander stuk van het eiland.
n
Toen we net weer zaten riep een ranger dat er een groene zeeschildpad was gezien die eieren aan het leggen was. Direct pakte iedereen alle spullen en gezamelijk liepen we door een waanzinnig onweersbui naar een plek ergens op het strand. Ik was (natuurlijk) als een van de laatste en struikelde bijna over een andere zeeschildpad. Die was nog een plekje aan het zoeken om eieren te gaan leggen. Het was echt pikdonker en een ranger scheen met een kleine zaklamp op de schildpad. Op die manier konden we toch nog wat foto’s maken. Zonder flits en statief, het ging zo snel! Binnen een mum had de schildpad 60 eieren gelegd. Deze werden vakkundig door de ranger opgevangen en in een een emmer gelegd. Dit merkt zo’n schildpad niet. Als die eieren legt, zit in een soort trance.
n
Toen ze klaar was werd ze snel nog opgemeten en werd ze in haar flipper getagd. Daarna gingen we weer weg. De ranger nam de eieren mee. Deze werden in een speciaal omheinde plek gelegd. Zeg maar de kweekkamer. Iedere keer als er eieren opgevngen worden, worden ze hier begraven. Op die manier worden duizenden schildpadjes geboren en weer netjes naar de oceaan gebracht zonder dat ze opgegeten kunnen worden.
n
Nadat we dit hadden gezien liepen we met z’n allen naar een ander stuk van het strand. Hier werden zo’n 50 kleine schildpadjes weer uitgezet en daar mochten wij bij zijn! Wat een prachtige ervaring was dat! We zagen ze allemaal de branding inlopen. Sommige moesten nog even de goede weg gewezen worden maar ze hebben het allemaal gered 😉
n
En toen was het natuurlijk alweer erg laat en gingen we naar de kamer toe. Maar halverwege zag ik ineens een klein schildpadje op het pad lopen. Midden op het eiland dus hopeloos verdwaald. Ik heb hem daarom maar opgepakt. Hij spartelde lekker. Alles deed het prima 😀 Snel gaf ik hem aan Kurt die hem weer doorgaf aan een ranger. Die ging hem later ook weer uitzetten. Heel gaaf om zo’n schildpadje even vast te houden.
n
Maar toen gingen we toch echt slapen. En dat was hard nodig want we moesten de volgende morgen (natuurlijk) weer erg vroeg op.
n
5 september
n
Dus inderdaad weer erg vroeg wakker door die vreselijke wekker 😉 Ik weet het: we doen het ons zelf aan!
Ja weer vroeg wakker want vandaag gingen we weer terug naar het vaste land. We zeiden Turtle Island vaarwel (of tot ziens, jeweetmaarnooit…) Nadat we nog snel wat foto’s hadden gemaakt van het eiland en voornamelijk de grote openlucht kweekkamer stapten we weer in de speedboot en voeren we snel naar het vaste land. Hier reden we meteen door naar Sepilok. Dit is een plek waar orang oetans worden opgevangen en worden klaargestoomd om weer terug gezet te worden in het wild. Je kan er slechts 2 keer per dag 2 uur komen kijken. Het is een enorm gebied voor de orang oetans, maar de toeristen kunnen slechts op een korte boardwalk in het begin van het park komen. Dat pad leidt je na een paar minuten lopen door de jungle naar een plek waar je kan zien dat de orang’s gevoederd worden. Maar dat gaat niet helemaal zoals in een dierentuin. De orangs krijgen elke dag exact hetzelfde eten. Bananen en meloen. Heel erg saai dus. Als de orang’s iets anders willen eten, moeten ze het maar gewoon opzoeken in die grote jungle. Dus alleen als de orang’s een banaantje wel lekker vinden komen ze langs. Je weet dus nooit of en hoeveel orang’s komen eten.
n
Toen wij bij de open plek kwamen zaten er drie orang’s te wachten. Een zwanger vrouwtje, een jong mannetje van een jaar of 6 en een dame van 12 jaar geloof ik. Later kwam een van de grote oude mannen ook nog even kijken. Het was prachtig om de dieren zo van dichtbij te kunnen bekijken. We genoten en zijn zo lang mogelijk gebleven. We wilden net terug lopen toen het mannetje zich van wel heel dichtbij liet zien. Hij liep over de reling een paar meter voor ons uit en verdween op een gegeven moment in het struikgewas. Terug gekomen bij de ingang hebben we eerst nog een film over Sepilok bekeken, hebben wat souvenirs gekocht en zelfs een orang geadopteerd.
n
En toen werd het weer tijd om terug te rijden naar het hotel. Het hotel lag middenin Sandakan, dus we besloten om de boel maar es te gaan verkennen. Nadat we ons wat hadden opgefrist liepen we het centrum van Sandakan in. Op zoek naar wat souvenirwinkeltjes. Er waren er een paar maar heel erg veel bijzonders hadden ze niet. Toch hebben we wel wat grappige dingetjes kunnen kopen. Hierna liepen we naar een soort boulevard waar allemaal eettentjes waren. Kurt had ons aangegeven waar het beste tentje was. Daar hebben we meteen wat drinken besteld. Net toen we ook het eten wilde bestellen kwam Kurt er ineens aanlopen. Met z’n verloofde Titi. Ze zagen ons ook en kwamen direct bij ons zitten. Het werd een geweldige avond daar op de boulevard van Sandakan! Heel wat afgelachen natuurlijk. Echt heel erg tof! Maar ook hier kwam weer een eind aan. Toen het al laat was hebben we afscheid genomen en zijn wij weer naar het hotel gelopen. Maar snel weer slapen want de volgende dag werd een lange reisdag. Van Sandakan over de weg naar de andere kant van Sabah. Maar dat vertel ik een andere keer wel. Ik ga nu slapen!
n
liefs,
Leonie en Edo-Jan
n
n