Hallo allemaal!

n

Vandaag, 2 september moesten we ons dus alweer vroeg melden bij de ‘jetty’, de aanlegsteiger. Voordat we aan boord gingen, hadden we nog even de kans om een broodje en koffie/thee te drinken. Onze bootsman bracht ons via de Kinabatangan naar Oxbow lake. Op de rivier gingen we van links naar rechts om de boomstammen die in de rivier lagen te ontwijken. Rivieropwaarts had het flink geregend en die regen had wat bomen meegenomen. De tocht begon direct goed, voordat we het doorhadden zaten we naar een groep met langstaartmakaken te kijken. Het mannetje poseerde mooi voor ons boven op de takken. Daarna zagen we zogeheten slangenvogels in de bomen zitten, ik denk dat je die qua vorm het beste met aalscholvers kan vergelijken. Verder zagen we ook nog een soort witte reiger, purperreigers en een monitor lizard (een groter varaan van zo’n 1,5 meter). Opeens werd onze gids, Kurt, erg enthousiast, er zat een Storm’s stork in de boom, deze word hier niet zo vaak gezien. Een vrij grote zwarte vogel die wel wat weg had van een ooievaar. Op de tocht hebben we verder nog een adelaar, pygmee squirrel, yellow-ringed catsnake en verschillende hornbills gezien. Ook hier dus een rijk leven langs de rivier.

n

Om bij het Oxbow (hoefijzer) meer te komen, moesten we door een zijrivier die voor een groot gedeelte was bezaaid met waterhyacinten. Deze zijn hier ooit geintroduceerd door de Chinezen en ze vormen nu een plaag hier, samen met de watersla. Het meer zelf is al voor een gedeelte dichtgegroeid met deze plant en nu ontstaat er dus een nieuw stukje natuur. Nadat we het Oxbow meer hebben bevaren, werd onze boot ergens aangemeerd en was het tijd om een uurtje door de jungle te lopen. Voor ons stelde dit niet zoveel voor in vergelijking met Danum Valley. Een overeenkomst met Danum was dat ook hier bloedzuigers waren, dus toch maar weer de anti-bloedzuigersokken aangetrokken. We waren nog maar net op weg of Kurt had er al een op z’n broek zitten. Kort daarna zat er bij mij een op m’n sokken die door Kurt vakkundig werd verwijderd. En uiteindelijk had Edo er ook weer een, maar dan in z’n broek, en die wilde net beginnen aan z’n maaltijd. Gelukkig kon Edo hem er net op tijd afhalen, zodat de schade deze keer beperkt bleef. Het was verder wel een leuke wandeling waarbij we vooral spinnen hebben gezien, brrr.

n

Na de wandeling zijn we weer met de boot naar de lodge gegaan. Hier moesten we heel even wachten en toen stond ons ontbijt voor ons klaar. Er waren blijkbaar niet zoveel mensen, dus het werd speciaal voor ons gemaakt: een heerlijk Engels ontbijtje, dat is op z’n tijd best wel lekker. Na het ontbijt waren we eigenlijk de rest van de dag vrij. Dit was wel erg fijn, zo konden we een beetje uitrusten en bijslapen. Het was bovendien zo warm geworden dat je er echt niet aan moest denken om meer te doen dan ademen. Na een stevige lunch was het theetijd geworden. Hier hebben we onze nieuwe buren ontmoet: Klaus en Susanna uit Duitsland, allebei een soort van marketeers. Onder het genot van pisang goreng hebben we wat verder kennis gemaakt. Om half vier vertrok onze boot voor de middag/avondcruise op zoek naar leven aan de kant van de rivier. We zaten op de boot samen met het Duitse stel, de gidsen en natuurlijk de bootsman.

n

Het eerste deel van de tocht ging over de Kinabatangan, een erg brede rivier. Naast een aantal lodges wonen hier ook gewoon mensen en ze hebben hun douche op het water gebouwd. Af en toe zagen we dus mensen zich wassen aan de waterkant. Een van de huizen was erg mooi versierd, waarschijnlijk zou hier later een bruiloft plaatsvinden. De band was al druk aan het oefenen. Na een paar minuten varen verlieten we de brede rivier en gingen we een zijrivier in. Deze was een stuk smaller en lag af en toe vol met drijfhout, dus onze bootsman moest flink zijn best doen om alles te ontwijken. Het duurde niet lang of we zagen al de eerste groep neusapen. Hiervan hebben we in Bako NP ook een paar gezien, maar hier komen ze tegen de avond in grote groepen naar de rivier toe om te overnachten. We konden deze keer een vrouwtje goed bekijken. Na een tijdje zijn we doorgevaren en verder op onze toch hebben we nog een monitor lizard, een nog niet gedetermineerde slang (maar niet dodelijk) gezien en op een gegeven moment zagen we ook lang- en kortstaartmakaken. De langstaartmakaken zijn echt een stuk kleiner dan de kortstaart of pigtail makaken.

n

Het begon langzaamaan donker te worden, dus werd het tijd om via dezelfde weg weer terug te gaan. Op de terugweg zijn we nog een aantal proboscious monkeys, oftewel neusapen tegengekomen. Ook nu was er gelukkig nog tijd om ze nog eens goed te bekijken. Na een tocht van bijna twee en een half uur waren we weer terug bij de lodge. Voordat het avondeten klaar zou zijn, konden we nog even een uurtje bijkomen en de ervaringen verwerken. Met een biertje en cola bij de hand hebben we op de veranda van ons twee-onder-1-kap huisje gezeten en met onze buren gekletst. Voordat we het wisten was het alwer tijd om te eten. We eten deze vakantie wat af. Heel netjes; ontbijt, lunch en diner. Normaal slaan we de lunch altijd over. Het voordeel is wel dat we veel minder snacken. Het avondeten bestond uit een lopend buffet en ging er goed in. We waren allemaal wel een beetje moe en de volgende dag zouden we om 6 uur beginnen met de ochtendcruise (gaap), dus nadat we gedoucht hebben, zijn we maar snel gaan slapen. We zitten in een eco-lodge, wat inhoud dat op bepaalde momenten van de dag er voldoende stroom is voor de airco (vonden wij al vrij luxe) en dat de rest van de dag en nacht de lodge op zonne-energie werkt. ’s Nachts moesten we het dus doen met alleen een plafond ventilator, maar dat ging prima.

n

3 september

n

Na een goede, maar korte nacht hebben we ons klaargemaakt voor de ochtendcruise. Voordat we vertrokken kon er nog snel een broodje en koffie gepakt worden. Tijdens dit snelle ontbijt vond Kurt een leaf-insect, oftewel een insect die doet alsof hij een blaadje is. We hadden de groene variant al gezien, maar deze was bruin, een dood blaadje zeg maar. Verder had het beestje wel wat weg van een sprinkhaan. Na dit eerste wildlife van de morgen zijn we met de boot naar hetzelfde zijriviertje als gisteren gegaan. We waren nog maar net op weg of we zagen al een aantal neusapen! Een aantal lag nog te slapen, alhoewel lag, ze zaten in de boom en met één hand hielden ze een tak goed vast. We moesten dus wel een beetje stilletjes doen. Het mannetje van de groep had ons al opgemerkt en was minder blij met onze aanwezigheid en liet dat duidelijk merken. We hebben ons zo stil mogelijk teruggetrokken en zijn verder de rivier opgegaan. Hier kwamen we een boot met een aantal Japanners tegen die een documentaire maakten over de Kinabatangan. Ze zaten vanuit hun boot naar iets hoog in de bomen te kijken. Het bleek een vogel te zijn, en niet zomaar een vogel, maar de Borneo valk die op de hele wereld alleen een aantal plekken in Sabah leeft en dan ook nog eens amper gespot wordt omdat hij heel erg schuw en klein is. Kurt werd helemaal enthousiast, het was vier jaar geleden voordat hij deze voor het laatst had gezien. Na een tijdje vloog hij weg en zijn we verder gegaan.

n

Eigenlijk was het al tijd geworden om terug te gaan naar de lodge, maar we zijn nog een stukje verder gevaren. Ineens werd Kurt helemaal gek leek het en begon hij Orang utan te roepen (maar natuurlijk niet heel hard) en ja hoor, redelijk verstopt in het struikgewas was een orang oetan te zien! Het viel nog niet mee om hem goed te bekijken, want het is hier erg dicht bebost. Maar het was een mannetje van ongeveer tien jaar en hij was aan het eten. Af en toe ging hij van boom naar boom en konden we hem even goed zien. Echt geweldig om hem zo in het wild te zien. Vooral de jonge mannetjes worden amper gespot. Ze leven helemaal solitair, bewegen gracieus en voorzichtig door de bomen, maken geen geluid en houden zich graag nog een beetje schuil. Langzaamaan verscheen hij uit het zicht en moesten we helaas toch echt terug naar de lodge.

n

Eenmaal terug bij de lodge konden we direct aansluiten voor het ontbijt wat vandaag in buffetvorm was. We hadden niet zoveel trek, maar hebben toch wat gegeten, want we zouden nog een stukje moeten rijden vandaag. Na het ontbijt hebben we onze spullen ingepakt. Net toen we wilden uitchecken werd ons gevraagd of de Japanners, die we op de boot hadden gezien, ons mochten interviewen voor hun documantaire. Dat vonden we wel okay en voordat we het wisten stonden we in de warme zon hun vragen voor de camera te beantwoorden. Het bleek dat de groep werkte voor de Japanse publieke omroep en dat de documentaire op de tv zou worden uitgezonden. Hadden wij weer 😉 We hebben hun visitekaartje gekregen met het e-mailadres. Misschien krijgen we nog wat te horen als het wordt uitgezonden. Hierna zijn we met de boot teruggevaren naar de aanlegsteiger waar ons busje stond.

n

De eerste stop op weg naar Sandakan was redelijk dichtbij, de Gomatogong grotten. In deze grotten worden de wereldberoemde vogelnestjes verzameld. Deze vogelnestjes hangen bovenin een grot van zo’n 70 meter hoog en de mensen moeten dus soms halsbrekende toeren uithalen om de nestjes te pakken te krijgen. De vogels die deze nestjes maken doen dit met hun slijm, en ja, dat schijnt lekker, gezond te zijn. Naast de vogels (swiflets) wonen er ook nogal wat vleermuizen in de grot en misschien voel je het al aankomen, maar deze dieren produceren samen aardig wat uitwerpselen. Er hing dus een niet al te frisse lucht in de grot. En omdat er een metershoge berg ‘guano’ in de grot lag, waren er ook enorm veel kakkerlakken te vinden. In Nederland had ik nog nooit een kakkerlak gezien, maar ik zal nu niet snel meer vergeten hoe ze eruit zien. Maar goed, behalve al dit leven in de grot, was er natuurlijk ook nog de grot zelf. Deze is vrij recent gevormd en er waren dan ook weinig stalachmieten of stalachtieten te vinden. Op twee plekken waren er gaten in het plafond waardoor het licht op magische wijze naar binnen scheen. Door een gat vielen blaadjes naar het beneden, maar door het licht was het net alsof er goudsnippers naar beneden vielen. Nadat we de korte tocht over het soms glibberige (van de uitwerpselen) houten wandelpad door de grot hadden gemaakt, zijn we weer teruggegaan naar het busje. Vanaf hier zou het nog twee uur rijden zijn naar Sandakan.

n

Het duurde niet lang of we bevonden ons midden tussen de palmolie-plantage’s. Toch wel lichtelijk dramatisch om te zien. Overal waar je keek, alleen maar dezelfe boom. Weg biodiversiteit in het eens zo rijke regenwoud. Maar ja, wij willen deze olie graag hebben om te gebruiken in een breed scala van producten. En de mensen hier verdienen er goed aan. Gelukkig vielen onze ogen af en toe dicht zodat we er niet al te veel van hebben gezien. Na twee uur reden we Sandakan in, een vrij grote stad vooral qua oppervlakte. Ons hotel staat in het midden van de stad. We mochten direct inchecken en aanschuiven voor het lunchbuffet. Dit was redelijk ok, maar ik moet zeggen dat we elders lekkerder hebben gegeten.

n

Na de lunch zijn we naar de kamer gegaan en hebben wat spulletjes gepakt die we vanmiddag nodig zouden hebben. Kurt en Sadin (de chauffeur) zaten beneden op ons te wachten om ons mee te nemen op een stadstour. We stopten eerst bij een Boeddhistische tempel vanaf waar we een mooi uitzicht hadden over Sandakan en de haven. De tempel zelf was redelijk klein en zag er nog erg nieuw uit. De tweede stop was bij het ‘waterdorp’. Omdat Sandakan aan het water ligt en je vroeger nog geen huizen op het land kon bouwen, hebben veel mensen hun huis op het water gebouwd, op hoge palen. Het is echt een dorp op zich, want er wonen zo’n 12.000 mensen en ze hebben hun eigen school, supermarkt etc. De huizen zijn vrij groot en wanneer het te klein wordt, bouw je er gewoon nog een deel bij, wel zo makkelijk. De laatste stop was bij een enorme markt met verschillende verdiepingen. Beneden was het voornamelijk eten: groente, fruit, noten, cake, gedroogde vis, verse vis, kip en rundvlees. Op de verdieping erboven kon je voornamelijk kleding, schoenen en tassen kopen. De bovenste verdieping was nu een beetje verlaten, maar hier was een soort foodcourt, waar het vooral tijdens het avondeten drukker is en waar je allerlei dingen kunt eten.

n

Na deze stadtour zijn we weer afgezet bij het hotel. Het was nog redelijk vroeg in de middag en zijn lekker naar onze kamer gegaan om wat uit te rusten van het vele vroege opstaan van de afgelopen periode. We waren eerst van plan om in de stad iets te eten, maar hadden niet veel puf en hebben maar lekker makkelijk in het hotel gegeten. Deze keer van de kaart en dat smaakte prima. Na een verfrissende douche zijn we lekker vroeg op bed gegaan voor een lange nachtrust, want de volgende dag werden we pas om negen uur in de lobby verwacht.

n

Liefs Edo-Jan en Leonie

n

Gefeliciteerd, je hebt het einde van de pagina bereikt!

Heb je vragen of opmerkingen of wil je wat overleggen?

Help-Desk